Bereidingstijd (makan masak): 60 min Aantal personen: 4-6 Gerecht: hoofd Origine: Indo
Feitelijk is het kip met saus uit de wok. Veel koks maken de saus zo dun als soep, dat is in het voorbeeld niet gebeurd. Wil je dunne saus, dan uiteraard meer water gebruiken. Ook zijn er een paar cayennepepers gebruikt, dat hoeft niet, mag wel en kun je volstaan met slechts witte peper. Het gerecht doet een beetje Chinees aan, is licht gekruid en een vleugje zurig van smaak.
Het is een simpel gerecht, leuk om te maken, iedereen lust het.
Wat ga je doen? Marineren, fruiten, garen en afmaken.
INGREDIENTEN
1 kg kipfilet, in reepjes of blokjes gesneden
2 limoenen, het sap
1-1½ tl zout
4-5 el zoete sojasaus (ketjap manis)
2 el Maizena
kruidenmix (bumbu):
voldoende rijstolie
10 tenen knoflook, geplet en gesneden
10 kleine ronde rode sjalotten, in plakjes
5 cm verse gember, balkjes
4 cm galanga, heel of in halven
1-4 rode cayennepepers, gesnipperd
toevoegen:
500 ml warm water
1 bouillonblokje kip
2 tomaten, in partjes
flink handje lente-ui/bieslook, 1 cm
10 cm kaneelstokje, in halven
4 kruidnagels
witte peper (optioneel)
METHODE
Marineer de kipstukjes. Besprenkel deze eerst met het limoensap, 5 minuten laten staan, dan het zout en de zoete sojasaus, even mengen. Als laatste de Maizena erdoor mengen, dan minimaal 20 minuten laten staan.
Ondertussen bereid je de kruidenmix volgens het lijstje ‘kruidenmix’ voor. Snij de tomaten en de lente-ui. Zet het even apart.
Neem een grote wok met anti-aanbaklaag, doe daar voldoende rijstolie in, plus de kruidenmix. Fruit dit kort.
Vervolgens de kipstukjes plus de marinade erbij en laat het vlees even stollen.
Blussen met het water en doe de overige ingredienten erbij, omroeren, warmtebron laag, deksel op de wok en 20 minuten laten garen.
Wanneer gaar, warmtebron hoog en de saus iets laten indikken. Eventueel een snufje witte peper er over. Klaar!
Bereidingstijd (makan masak) : ca. 100 min (snelkoker) Aantal personen: 4-5 Gerecht: voor Origine: Indo
De smaak doet denken aan Babi Ketjap Pedis, zoet/pittig/hartig gerecht, vandaar in het voorbeeld is gekozen voor varkenshaas, maar hamlappen of ander vlees kan natuurlijk ook. In het voorbeeld is de snelkookpan gebruikt, doch een slow-cooker kan ook gebruikt worden, hetzij dat je dan meer tijd kwijt bent.
Het afmaken van het gerecht geschied in de wok, dat is voor beide apparaten dus gelijk. Er zal iets smaakverschil zitten tussen de snelkookpan of de slow-cooker, het in niet noemenswaardig, maar toch, ieder zijn keuze. Natuurlijk kun je dit gerecht coventioneel bereiden, in dat geval zo’n 200 ml warm water toevoegen.
Wat ga je doen? Kruidenmix voorbereiden, snelkookpan of slow-cooker klaar zetten, vlees aanbraden, kruidenmix fruiten en afmaken.
INGREDIENTEN
1,2 kg rund of varkensvlees, in royale repen of blokken
2 el rijstolie (aanbraden)
kruidenmix (bumbu):
20 rode cayennepepers
20 kleine rode ronde sjalotten
12 tenen knoflook
2 citroengras, alleen het zachte witte gedeelte
7 cm verse gember
2 Chinese vinger gember
6 kleine grijze kardemom
1 tl kurkumapoeder (niet vermalen)
2 el rijstolie
50 ml warm water
klaarzetten:
2 tl zwarte peperkorrels
1 tl witte peper
2 el palmsuiker
10 el zoete sojasaus
1 bouillonblokje rund
6 daun salamblad
500 ml coconut cream milk
METHODE
Vermaal alle ingredienten volgens het lijstje ‘kruidenmix’, snij de citroengras eerst klein anders vermaalt het niet goed. Hou de kurkumapoeder apart.
Zet de snelkookpan of slow-cooker klaar volgens het lijstje ‘klaarzetten’.
Neem een ruime wok met anti-aanbaklaag en braad het vlees rondom licht aan, gebruik daarbij 2 el rijstolie. Wanneer klaar, vlees uit de wok nemen, transporteren naar de snelkookpan of slow-cooker, maar olie en vocht in de wok laten. Dat gebruik je voor de kruidenmix (bumbu).
Nu het vermaalsel in de wok, vergeet de kurkumapoeder niet. Op medium/hoge warmtebron de kruidenmix fruiten. Dat duurt ongeveer 10 minuten en je moet erbij blijven. Blijven bewegen, je ziet het vocht verdampen en zodra het ‘plakt’ is het blijna klaar. De kunst is om de kruidenmix niet te laten aanbranden. Vind je dat moeilijk, dan gebruik je gewoon iets meer olie. Wanneer klaar de kruidenmix bij het vlees doen, even vermengen.
Afhankelijk van je vleessoort, kwaliteit, stel je de snelkookpan of slow-cooker in. Voor de snelkookpan zal dit 75-90 minuten zijn. Voor de slow-cooker 3-5 uren, waarvan het eerste uur op stand hoog.
Wanneer gereed, kun je het beste de hele pan laten afkoelen en na een aantal uren ga je het gerecht afmaken (dit mag ook de volgende dag).
In het voorbeeld is de volledige inhoud van de pan in de wok gegaan (je kunt ook nemen wat je nodig hebt), op hoge warmtebron ga je de saus indikken. Daarbij komt een hoop olie vrij en dat schep je regelmatig af. Wanneer de saus dikker wordt, ga je vaker je gerecht omscheppen. Je bepaald zelf hoeveel saus je overhoud. Dit proces duurt ongeveer een kwartier. Klaar!
Bereidingstijd (makan masak) : 40 min Aantal personen: 2-3 Gerecht: hoofd/lunch/bij Origine: Indo
Een heerlijk gerecht wat eenvoudig te bereiden is. Ajam Jerit is een gerechtje wat veel variaties kent en dit recept is met verse basilicum. Dat behoort citroenbasilicum te wezen, in het voorbeeld is sweet basil gebruikt, een typisch Thaise basilicum omdat er geen citroenbasilicum te koop is. De winterperiode is niet de tijd voor citroenbasilicum.
Het gerecht is niet echt scherp, je kunt eventueel de palmsuiker eruit laten.
Wat ga je doen? Kip koken en pluizen, kruidenmix maken, fruiten, bakken en afmaken.
INGREDIENTEN
300-400 gr gekookte en gepluisde kipfilet
½ bouillonblok paddenstoelen
kruidenmix:
4-5 rode ronde sjalotten
2 tenen knoflook
2 kemirinoten
3 rode Spaanse pepers
3 rode cayennepepers
kruidenmix toevoegen:
¼ tl kurkumapoeder
1 tl palmsuiker
½ tl zout
½ tl zwarte peper
1 handje verse basilicum (citroenbasilicum)
rijstolie
METHODE
Kook de kipfilet (het liefst met vel) voor 20 minuten in voldoende water (dat de kip net onder staat) en gebruik daarbij het bouillonblokje. Wanneer gereed, kip uitnemen en af laten koelen, bewaar het kookvocht! Trek de kip met behulp van 2 vorken uitelkaar en zet dit even apart.
Ondertussen ga je de kruidenmix (bumbu) voorbereiden, door alle ingredienten van het lijstje ‘kruidenmix’ te vermalen. Gebruik daarbij een beetje kookvocht.
Neem een medium wok met anti-aanbaklaag, doe daar wat olie in plus de kruidenmix. Even fruiten tot het ruikt, dan peper, zout, palmsuiker en kurkumapoeder even mee fruiten.
Direct de kip erbij, kort aanbraden en goed mengen met de kruidenmix.
Blussen met ca. 100 ml kookvocht en blijven roerbakken tot het kookvocht bijna verdwenen is.
Bereidingstijd (makan masak): 20+60+20 min Aantal personen: 4 Gerecht: hoofd Origine: Indo/Chinees
Een van oorsprong Chinees gerecht wat volledig is geïntegreerd in de Indonesische keuken, als zoveel landen/culturen Chinese kookkunsten hebben overgenomen.
Het is een plakkerig en zoet gerecht, wat bereid kan worden met elke vorm van varkensvlees. Een ribbetje of spareribs geeft wel een speciale smaak, doch er zit weinig vlees aan. Door ribbetjes te combineren met hamlappen, pak je toch wat extra smaak mee van de ribben en heb je ruim voldoende voor 4 personen.
Officieel gaat er nog suiker bij, maar dan wordt het wel heel erg zoet. Er is in dit recept wellicht voldoende saus tot 1½ kilo totaal. Let even op welke jam je neemt, in het voorbeeld is jam met behoorlijk wat suiker gebruikt (54%).
Wat ga je doen? Vlees marineren, wokken, saus maken en afmaken. Opletten dat je vlees wel gaar wordt. Vooral met de ribbetjes kan dat wat lastig zijn.
NB. Er zijn ook koks die het vlees 2x frituren ipv te garen in de wok of op de grill leggen. Het recept blijft verder hetzelfde.
INGREDIENTEN
1 kg varkensribbetjes of 500 gr malse hamlappen + 500 gr ribbetjes
rijstolie
marinade:
2 el zoute sojasaus (voorbeeld kikkoman)
1½ el oestersaus
1½ el Chinese rijstwijn
2-3 el Maizena
1 groot ei, alleen het wit
kruidenmix:
6 tenen knoflook, gehakt
3 cm verse gember, gehakt
saus maken:
200 ml warm water
3 el zoute sojasaus
3 el honing
2-3 el blueberry jam (zwarte bessenjam)
1 el tamarindesaus (voorbeeld is een blokje gebruikt)
afmaken:
2 tl sesamolie
1 el geroosterd sesamzaad
1 el Maizena opgelost in een beetje water (als laatste)
METHODE
Snij de ribbetjes los en snij het vlees in repen.
Maak de marinade volgens de lijst ‘marineren’ en marineer het vlees voor tenminste 1 uur. Zet het afgedekt in de koelkast.
Neem een grote wok met anti-aanbaklaag, doe daar voldoende olie in plus het vlees met de marinade in en schroei het rondom dicht. Dan af laten koelen, pak weg 15 minuten en weer het vlees bakken.
Wanneer klaar, vlees uitnemen en apart zetten.
Gebruik de restantolie in de wok, eerst de gember fruiten, dan de knoflook erbij, even fruiten. Vervolgens blussen met het water.
Dan alle ingredienten volgens het lijstje ‘saus maken’ erbij, goed mengen en zachtjes verwarmen. Even proeven en bijstellen. Is je saus te dun, dan beetje Maizena erdoor mixen.
Nu het vlees terug in de wok en vermengen met de saus.
Afmaken met geroosterd sesamzaad en sesamolie. Klaar!
Bereidingstijd (makan masak): 30 min Aantal personen: nvt Gerecht: bij/snack Origine: Indo
Een smakelijke Indonesische snack van rijpe Jackfruit, wat erg populair is in Indonesie en helemaal niet in Thailand.
Het resultaat van je snack hangt een beetje af van de dikte van je beslag, wil je dikke snacks, dan dikker beslag gebruiken. In het voorbeeld is 110 ml water gebruikt, dus een dunner beslag wat het meer op fruit laat lijken.
TIP: maak tijdens het frituren blijvend je olie schoon, dat voorkomt verbranden en je snack zal veel beter smaken. Heb je beslag over? Geen nood, frituur een paar groene Spaanse pepers!
INGREDIENTEN
ca. 12 rijpe jackfruit, overlangs door de helft
3 tl vanillepoeder
125 gr tempurabloem
1 tl witte kristalsuiker
½ tl zout
1 klein ei
90-110 ml water
zonnebloemolie (frituren)
METHODE
Maak een beslag van de bovenstaande ingredienten, wanneer deze de juiste dikte heeft, meng je de gehalveerde Jackfruit erdoor.
Frituur de jackfruit met gematigde temperatuur (160ºC) goudbruin in batches van 6, waarbij je het fruit een voor een met gebruik van een lepel in de olie laat zakken. Leg ze even op een keukenpapiertje.
Presenteer ze in een schaaltje, saus is niet nodig. Klaar!
Bereidingstijd (makan masak): 20+60+20 min Aantal personen: 2-4 Gerecht: hoofd Origine: Indo
Ungkep is een kookwijze, het stoven van vlees om het daarna te frituren. In dit recept vind je een mooie rode saus, die niet te pittig is, beetje zoet met een vleugje zuur, wat je maakt van het kookvocht.
Het mooie van dit gerecht is dat je het t/m punt 5 geheel kunt maken en daarna gewoon kunt weg zetten tot het tijd is om het af te maken.
Wat ga je doen? Kruidenmix maken, kip stoven, frituren en saus maken.
Besprenkel de drumsticks met limoen en bestrooi deze met zout. Laat dit even intrekken.
Bereid de kruidenmix voor door alle ingredienten volgens de lijst ‘kruidenmix’ te vermalen, behoudens de kurkumapoeder.
Neem een ruime wok met anti-aanbaklaag, doe daar het vermaalsel in plus de kurkumapoeder. Fruit dit met gematigde warmtebron voor enkele minuten.
Dan alle ingredienten volgens het lijstje ‘toevoegen’ erbij en blussen met het warme water. Even verwarmen en goed omroeren.
Vervolgens de drumsticks en eventueel overtollig limoensap erbij. Warmtebron laag, deksel op de wok en stoven voor 60 minuten. Regelmatig de drumsticks draaien. NB. Niet langer stoven, anders valt je kip uit elkaar.
Wanneer klaar, ga je de drumsticks kort frituren op gematigde temperatuur (160ºC) Frituur er 2-3 tegelijkertijd anders spettert het teveel. Daarna leg de drumsticks op een opdienschaaltje.
Als je geen tamarindesaus bij de hand hebt, maak dan eerst verse gereed, voordat je aan de saus begint.
OK, nu de saus maken. De bedoeling is dat je saus eerst laat indikken door het water te laten verdampen en op smaak te brengen. Neem ondertussen alle niet eetbare ingredienten uit de saus.
Als de saus wat is ingedikt ga je eerst proeven (hoe pittig is de saus), dan voeg je de palmsuiker toe (begin eerst met 2 el). Wanneer de saus zoet genoeg is, ga je tamarindesaus toevoegen. Smaak goedgekeurd? Dan afmaken met gefruite uitjes.
Drumsticks opdienen met de saus, niet de drumsticks onder de saus laten verdwijnen. Klaar!
Bereidingstijd (makan masak) : 10+240+20 min Aantal personen: 4 Gerecht: lunch/hoofd Origine: Indo
Sateh zonder prikkers en sambal, maar met een aparte bereidingswijze. De sateh bereid je in de koekepan, het liefst zo’n zware ouderwetse, doch een zware moderne kan ook. Ik heb Tante Reentje nooit anders zien doen.
Een heerlijke kipsaté, met een bijpassende sambal die beslist niet te heet is.
Wat ga je doen? Kip marineren, sambal voorbereiden, kip bakken en sambal afmaken.
Je hebt een vuurvast schaaltje nodig.
INGREDIENTEN
Sambal Korek:
10 rode Spaanse pepers
5 rode cayennepepers
3 tenen knoflook, ongepeld, zonder kontje, in kwarten (voor gebakken)
1 limoen, het sap
1 tl zout
1 bouillonblokje kip
250 ml rijstolie
Sateh Ayam:
800 gr kipfilet, in eetbare stukjes
1 limoen, het sap
1 tl zout
4 el rijstolie
5 tenen knoflook
5 rode ronde sjalotten
2 el korianderzaad, gebroken
1 tl palmsuiker
½ tl witte peper
1 el rijstolie (na garen)
garnering:
lente-ui/bieslook, gehakt
gebakken uitjes
METHODE
Snij de kip in blokjes, zoals je dit ook voor sate zou doen. Besprenkel met limoensap en bestrooi met het zout. Even laten staan.
Ondertussen maak je de marinade. Breek eerst het korianderzaad in de vijzel. Vermaal de knoflook en de sjalotten tezamen met het gebroken korianderzaad, palmsuiker en rijstolie.
Meng het vermaalsel door de kipstukjes, dek het af met keukenfolie en laat dit marineren voor tenminste 4 uren.
Ondertussen bak je de knoflook even voor in de 250 ml rijstolie tot het een kleurtje krijgt. Wanneer klaar, uitnemen en aflaten koelen. Laat de olie in de sauspan.
Was de pepers, droog ze af, verwijder de kontjes.
Vermaal de pepers, bouillonblok, gebakken knoflook, zout, rijstolie en limoensap, maar laat er wat textuur in zitten. Transporteer dit naar een vuurvast schaaltje.
Wanneer de kip gemarineerd is, ga je deze zonder extra olie of boter in een koekepan bakken. Eerst garen in eigen vocht. Wanneer gaar, 1 el olie erbij en afbakken. Niet te lang anders wordt je sate droog. Wanneer gereed, transporteer je de sate naar een opdienschaaltje.
Ok, nu de olie verwarmen tot 220ºC en giet de olie langzaam in fases over je vermaalsel (zie video).
kipsaté eventueel garneren en met de sambal opdienen, klaar!
Bereidingstijd (makan masak) : 30 min Aantal personen: nvt Gerecht: bij Origine: Indo
Een eenvoudige sambal, die in Nederland overal te koop is. Feitelijk zijn de meeste die in de winkel staan gemaakt van enkel vermalen Spaanse pepers, zout en conserveringsmiddelen
Dit recept geeft ietsje meer smaak, niet te gek, anders zou deze sambal een geheel andere naam krijgen.
Sambal Oelek (ulek) wordt voornamelijk gebruikt om andere gerechten mee te bereiden. In Indonesië bestaan meer smaakvolle versies, die wel vaker op tafel worden geserveerd als bijgerecht.
INGREDIENTEN
vermalen:
10 rode Spaanse pepers
2 groene Spaanse pepers
5 rode cayennepepers
5 rode ronde sjalotten
1 medium rode tomaat
3 el rijstolie
toevoegen:
1-1½ tl zout
¼ tl kurkuma (optioneel)
½-1 tl garnalenpasta
¼-1 tl palmsuiker
1 limoen, het sap
3 el rijstolie
2 citroenblad, dun gesneden (garnering)
METHODE
Vermaal alle ingredienten volgens het lijstje vermalen.
Voeg 3 el olie toe, weer even blenderen.
Voeg zout en eventueel kurkuma toe, even mixen.
Neem een medeium wok met anti-aanbaklaag, doe daar wat olie (1 el) in plus de garnalenpasta, even fruiten tot het ruikt. Olie (2 el) erbij, palmsuiker erbij en oplossen.
Het vermaalsel erbij en bakken tot het vocht grotendeels verdampt is en de olie bovenkomt.
Limoensap erdoor mengen.
Opdienen met dun gesneden citroenblad en limoenpartjes, klaar!
Bereidingstijd (makan masak) : 15+60+240 min Aantal personen: 2-3 Gerecht: bij/lunch Origine: Indo
Van origine maak je dit gerecht in de koekepan, met een grof gesneden kruidenmix, 2 lagen vlees en ietsje meer water. Er word dan flink gebruik gemaakt van bird’s eye chilies. In het voorbeeld zijn 4 cayennepepers gebruikt en dat is al behoorlijk pittig te noemen.
NB. Onderaan de pagina het recept met kip.
Met de slow-cooker is het iets makkelijker, doch je kunt het vlees wanneer het klaar is niet echt omscheppen. Dus vlees uitnemen en de saus over het vlees gieten.
In de regel is je vlees klaar als het gebruind is, mals vlees is wat sneller klaar en kun je ook wat dikker snijden. In het voorbeeld zijn gemarmerde hamlappen gebruikt, maar gewone hamlappen is zeker goed.
INGREDIENTEN
500 gram rund- of varkensvlees, in 5 mm-15 mm plakken
kruidenmix (bumbu):
8 rode ronde sjalotten
5 tenen knoflook
3 kemirinoten
5 zwarte peperkorrels
10-20 bird’s eye chilies of wat je wilt (voorbeeld 4 cayennepepers)
2 medium tomaten
2-3 cm galanga
2 citroengras alleen het zachte gedeelte
½-1 tl zout
2-3 el rijstolie
toevoegen:
3 kleine daun salamblad
3 el zoete sojasaus
palmsuiker afhankelijk van de gebruikte hete pepers
100 ml warm water
gebakken uitjes (garnering)
METHODE
Snij het vlees in 1 cm dikke plakken, zet het apart.
Maak de kruidenmix volgens de lijst ‘kruidenmix’ en vermaal dit tot een grove pasta.
Zet de slow-cooker klaar.
Doe wat kruidenmix op de bodem, leg een laagje vlees erop.
Dan weer kruidenmix op het vlees, het daun salamblad en een scheutje sojasaus. En zo ga je verder tot je vlees op is.
Vervolgens giet je aan de zijkant van je vlees het water en eventueel de palmsuiker. Let wel, je gebruikt zoete sojasaus, dus de hoeveelheid hete pepers en de gebruikte hoeveelheid sojasaus bepaald of je nog palmsuiker nodig hebt. In het voorbeeld is dit nu nog niet gebruikt.
Zet de slow-cooker het eerste uur op hoog, daarna ca. 4 uren op laag, afhankelijk van je vlees dat je gekozen hebt.
Wanneer klaar, vlees uitnemen en op een schaaltje leggen. De saus overgieten in een sauspan. Toevoegen naar smaak, zoete sojasaus (1 el) en palmsuiker (1 el) en de saus laten indikken.
Saus over het vlees gieten en garneren met gefruite uitjes (recept is hier), klaar!
Lapis Ayam Hitam (gekruid laagjesvlees uit de slow-cooker)
Bereidingstijd (makan masak) : 15+60+180 min Aantal personen: 3-4 Gerecht: bij/lunch Origine: Indo
Een milde versie van het bovenstaande recept, gebaseerd op kip en zwarte peper. Natuurlijk mag je voor pittig gaan (zie bovenstaand recept).
Met de slow-cooker is het iets makkelijker, doch je kunt het vlees wanneer het klaar is niet echt omscheppen. Dus vlees uitnemen en de saus over het vlees gieten.
In het voorbeeld zijn 3 halve kipfilets gebruikt, in zijn geheel doorgesneden, zodat je dus 6 lapjes hebt. Deze halveer je weer, zodat je aan 12 lapjes komt.
INGREDIENTEN
600 gr kipfilet, gesneden
1 kleine limoen, het sap
kruidenmix (bumbu):
2 rode Spaanse pepers
6 tenen knoflook
4 kemirinoten
1-2 tl zwarte peperkorrels, gebroken
1 tl korianderzaad, gebroken
12 cherry tomaatjes
3 cm galanga
1 citroengras, alleen het witte zachte gedeelte
2 kleine rode uien
½-1 tl zout
2-3 el rijstolie
toevoegen:
3 kleine daun salamblad
3 el zoete sojasaus
125 ml warm water
gebakken uitjes (garnering)
gebakken knoflook (garnering)
foto
METHODE
Snij de kip zoals boven omschreven, besprenkel dit met het limoensap, zet het apart.
Breek de zwarte peperkorrels en het korianderzaad in een vijzel. Zet het apart.
Maak de kruidenmix volgens de lijst ‘kruidenmix’ en vermaal dit tot een grove pasta.
Voeg de zwarte peper, korianderzaad en de zoete sojasaus bij het vermaalsel en meng dit kort.
Zet de slow-cooker klaar.
Doe wat kruidenmix op de bodem, leg een laagje vlees erop.
Dan weer kruidenmix op het vlees en zo ga je verder tot je vlees op is.
Vervolgens giet je aan de zijkant van je vlees het water en de daun salam.
Zet de slow-cooker het eerste uur op hoog, daarna ca. 2 uren op laag, afhankelijk van je vlees dat je gekozen hebt.
Wanneer klaar, (kruidenmix op het bovenste vlees bij de saus doen) vlees uitnemen en op een schaaltje leggen. De saus overgieten in een sauspan. Verwarmen, verdikken en op smaak brengen met chilipoeder (½-1 tl), palmsuiker (1-2 el) en zoete sojasaus (1 el). Saus over het vlees gieten en garneren met gefruite uitjes of gebakken knoflook, klaar!
Bereidingstijd (makan masak) : 90 min Aantal personen: 4 Gerecht: lunch Origine: Indo
Een leuke variatie op Abon Ikan Tongkol alleen minder kruiden en minder pittig, dat recept vind je hier. Natuurlijk kun je meer kruiden en/of cayennepepers (voorbeeld slechts 2) gebruiken, doch in combinatie met de groenten past het heel goed. Wat uiteraard erg leuk is, is de presentatie.
In het voorbeeld is gekozen voor een iets dunner beslag (150 ml water gebruikt), zodat je het makkelijk over de groenten kunt verdelen. Wil je steviger beslag, dan 110 ml water gebruiken.
Wat ga je doen? Alles voorbereiden, daar zit de meeste tijd in. Sambal maken en frituren.
INGREDIENTEN
groenten:
1 roosje broccoli, zonder stronk, in stukjes
3 halve paprika’s rood, geel en groen, zonder zaadjes, in stukjes
8 grote verse shiitake paddenstoelen, zonder steeltjes, in vieren
125 gr tempurabloem
125 ml water
1 bouillonblokje kip of paddenstoelen, verkruimeld
½ tl zout
¼ tl kurkumapoeder
1 groot ei
zonnebloemolie (frituren)
sate-prikkers
sambal maken:
rijstolie
2 blikjes tonijnstukken in water, 140 gr netto uitgelekt
5 rode Spaanse pepers
2 groene Spaanse peper
2-10 rode cayennepepers
3-4 tenen knoflook
8 rode ronde sjalotjes of rode ui
1 tl palmsuiker
¼ tl zout
1 handje lente-ui/bieslook, 1 cm gesneden
garnering:
¼ tl zwarte peperkorrels, gebroken (garnering)
METHODE
Snij de groenten en steek deze aan sate-prikkers, je maakt dan 8-10 stuks.
Maak het beslag, tempurabloem, water (los het bouillonblokje eerst op in het water), zout, kurkuma en 1 ei. Goed mixen tot je een beslag naar je zin hebt. Het handigste is dat het een beetje vloeit.
Vermaal de Spaanse pepers, cayennepepers, sjalotten en knoflook, doch niet helemaal fijn, mag wat textuur in blijven.
Neem een wok met anti-aanbaklaag, doe daar voldoende olie in plus het vermaalsel. Enkele minuten fruiten, tot het vermaalsel goed is gemengd met de olie (desnoods beetje olie erbij).
Dan het zout en de palmsuiker, even laten smelten.
Nu de tonijn erbij en dit goed mengen en verwarmen, dat gaat vrij snel.
Warmtebron laag, limoensap erbij en de lente-ui erdoor scheppen. Warmtebron uit, deksel op de wok.
Nu ga je de broccoli frituren, dit doe je op gematigde temperatuur (160ºC-180ºC) Voorzie elke sate van een beslagcoating en dan direct in de hete olie. Gebruik je de wok om te frituren, dan 2 tegelijkertijd.
Wanneer klaar, ga je de tonijn opwarmen.
Uit de pan op tafel. Neem een platte schaal en presenteer de sate tezamen met de tonijnsambal, garneer met de zwarte peper. Klaar!
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.